11 stomme dingen die je denkt als je kritiek krijgt

Natuurlijk kun je heel goed tegen kritiek, want opbouwende feedback enzo, en je wordt er beter van, en het is niet persoonlijk bedoeld. Maar toch, tóch denk je soms deze stomme dingen. 

Lees ook: Waarom kritiek harder aankomt dan een compliment + 5 tips om dat te veranderen

Ik heb het altijd gehad, ik wist alleen tot voor kort niet dat er een naam voor is: imposter syndroom. Dat betekent zoveel als: angst om ontmaskerd te worden als bedrieger. Bang dat mensen erachter komen dat je eigenlijk niks kunt en al helemaal niet datgene waarvan je zegt het wel te kunnen. Ik heb de nodige boeken op m’n naam, maar elke keer als ik iets inlever bij mijn redacteur of uitgever denk ik: nu komt het. Dit is het moment dat ze erachter komen dat ik maar gewoon wat doe. Dat ik geen echte schrijfster ben. Dat ik de boel oplicht door mezelf schrijfster te noemen terwijl ik eigenlijk niet kan schrijven. En elke keer als de uitgever of redacteur dan laat weten blij te zijn met het manuscript, vraag ik me weer af waarom ik daar niet vooraf op durf te vertrouwen. Onzekerheid, natuurlijk. En diezelfde onzekerheid maakt dat ik het moeilijk vind om met kritiek om te gaan. Ik denk altijd dat ik het heel goed kan: niet persoonlijk aantrekken, opbouwend opvatten, niet vol er tegenin maar goed luisteren en eruit halen waar ik iets aan heb en zo nog wat van die op zichzelf heel zinvolle maar veel te moeilijke mantra’s die helpen bij het incasseren van kritiek. Liever loop ik weg, ga ik in een hoekje huilen want ‘zie je wel, jij vindt het ook, ik kan helemaal niks’ of weerleg ik de kritiek letter voor letter, want hallo hé, weet je wel hoe hard ik mijn best doe, ja?! Maar dat is natuurlijk niet werkbaar, zowel in werk als privé, dus knik ik waardig, probeer niet het gevoel te krijgen dat mijn hele ik op het hakblok ligt en denk deze dingen (en nog een paar meer die ik beter niet kan noemen).

Lees ook: 12 dingen waar jij je nóóit voor hoeft te verantwoorden (en hoe jij met kritiek kunt omgaan)

  • Ik kan hier tegen. Ik kan hier tegen. Ik kan hier tegen. Gewoon knikken. En glimlachen. Huilen doe ik straks wel.
  • Nee, jij dan, jij doet zeker alles perfect? Hm?! Zullen we het anders even over jóúw tekortkomingen hebben in plaats van de mijne zo onder de loep te nemen? Want daar heb ik ook nog wel een paar dingen over te zeggen.
  • Wat ik wel irritant vind: zeg gewoon dat je keiharde kritiek op me hebt in plaats van het zo coacherig in te kleden. Met de term ‘positieve feedback’ kan ik nu even niks.
  • Zie je wel, ik kan dus niks. En nu heeft iemand het door en val ik door de mand.
  • Waarom komt dit zo hard aan? Waarom laat ik het mij zo raken? Misschien heb ik nooit onderkende faalangst.
  • Ik moet een goed antwoord bedenken. Iets waardigs en slims en zo vernuftig dat ik de kritiek zowel accepteer als meteen op een intelligente manier van me afschuif.
  • Maar ik kan niks verzinnen. Behalve dan ‘je zou eens moeten weten hoe hard ik gvd mijn best doe en dan kom jij me ook nog eens vertellen dat ik een totale mislukking ben? Dan doe ik toch lekker NIKS meer?!’ Maar dat valt niet echt onder de categorie ‘waardig en slim’.
  • Waarom voelt bekritiseerd worden op één punt, daad of onderdeel altijd als bekritiseerd worden op mijn hele karakter, wezen en alles wat ik doe?
  • Nu niet ‘ja maar’ zeggen, gewoon niet doen, hou je mond, ‘ja maar’ is zo kinderachtig. En ik geloof ook niet dat de verdediging de beste aanval is.
  • Eigenlijk zou ik dit moeten opschrijven, zodat ik er achteraf rustig naar kan kijken. En niet met een bal in mijn maag en een bonzend hart, zoals nu. Maar het staat vast raar om er een kladblokje bij te pakken en mee te delen dat ik er later op terug zal komen.
  • Waarom zeg ik nu ineens dat ik het zelf ook al vond? Waar slaat dat op? Ik vond het helemaal niet. Ik vond zelf eigenlijk dat ik best goed bezig was.

Lees ook: Het is NIET persoonlijk. Gevoelig zijn en kritiek krijgen: zó zit het

(Beeld:

Gerelateerde artikelen

Back to top button