Als je heel veel bezig bent met wat anderen vinden

Wie heel veel bezig is met wat anderen vinden, kan daar behoorlijk mee in de weer zijn. Barbara’s hoofd maakt weleens overuren. Gelukkig neemt het af, we vroegen een deskundige hoe dat komt.

Als ik een tijd lang ’s morgens niet op school ben geweest om de kinderen te brengen, gaat het altijd kriebelen. We doen dat, het brengen en halen opsplitsen, omdat we dan allebei een werkdag kunnen maken. Ik ben vroeg met werken zodat ik de kinderen uit school halen, mijn man kan dan doorwerken. Maar als ik in de middag op schoolplein sta, zien de andere ouders dat niet. Die zien alleen maar dat ik er ’s morgens niet ben. En dat gaat dus kriebelen.
“Ze moeten niet denken dat ik dan nog in bed lig,” schiet er dan door mijn hoofd. “Of erger: dat ik een luie moeder ben.” Niet dat ik nou met die gedachten iets doe hoor, het is zoals het is. Maar het schiet wel door me heen.

Nog een voorbeeld: een heel enkele keer werk ik thuis, als de kinderen het huis uit zijn, kruip ik met mijn laptop weer in bed. Dan ga ik daar een halve dag stukken schrijven. Héérlijk vind ik dat. Maar als de bel gaat doe ik niet open. Ik vind het raar: een volwassen vrouw die midden op de dag in bed ligt en die niet ziek is. Sterker nog: als ik wél ziek ben, doe ik die deur gewoon open, want dat vind ik normaal, een vrouw die ziek thuis is.

Tenslotte schaam ik me altijd kapot als ik met een volle tas flessen naar de glasbak loop. Ja, ik spaar het weken op. En ja: een groot deel van het glas bestaat uit lege potten pindakaas en flessen olijfolie. Maar ik zet een soort smile op mijn gezicht waaruit de bühne dan zou moeten aflezen dat ik een feest heb gegeven, of ook de flessen van de buurvrouw mee heb genomen. Dat tochtje naar de glasbak kan me niet snel genoeg achter de rug zijn, ze moesten eens denken dat ik al die flessen in mijn eentje heb leeggezopen!

Toch is er iets veranderd. Als je me tien jaar geleden ergens op betrapte, zakte ik echt door de grond. Maar ik moet zeggen dat de gedachten over wat ‘ze’ allemaal wel niet kunnen denken, zo langzamerhand minder angstaanjagend worden. Och ja, dan denken ze maar dat ik als moeder wat afwezig ben, de mensen waar het echt om gaat, weten wel beter. En als ik er over nadenk, dan vind ik die toeschouwers onderweg naar de glasbak tegenwoordig veel minder erg dan vroeger.
Ik merk het ook bij publieke optredens en belangrijke afspraken waarin ik moet presteren. Als het niet helemaal goed ging dan was ik vroeger helemaal van de leg, NU weet ik gewoon dat als ik daarna naar buiten loop, de hele wereld nog bestaat, er thuis gewoon iemand op me zit te wachten en mijn leven niet veranderd is. Het was gewoon een minde moment, dat is alles.

Neemt het af naarmate je ouder wordt? Het antwoord geeft coach Cheryl Goldenberg: “Je schamen wordt gedreven door angst; de angst om voor paal te staan, om niet aardig gevonden te worden, of om anders te zijn. Als je jong bent, ontwikkel je die angst omdat je heel graag ergens bij wilt horen. Maar als je ouder wordt, leren de meeste mensen vertrouwen op hun eigen inschattingsvermogen en durven we meer onze eigen koers te varen, zelfs als we daarmee het risico lopen af te gaan.”

Is het leeftijd of ervaring, waardoor het afneemt? “Beide,” zegt Goldenberg. “Als we ouder worden, groeit ons zelfvertrouwen. En als we een paar keer situaties hebben meegemaakt die we gênant vonden, worden we sterker en weerbaarder. De eerste keren hebben we het gevoel dat we ‘sterven van schaamte’ en daarna realiseren we ons dat we ons gewoon ongemakkelijk voelen in plaats van dat het verschrikkelijk is en raken we er steeds meer aan gewend.”

Nog even doorzetten dus, voor je het weet ben je 65 en heb je overal maling aan. Heerlijk lijkt me dat!

Lees ook: Een helpende gedachte voor mensen die piekeren over andermans mening

Gerelateerde artikelen

Back to top button