Waarom het bij seks niet om de frequentie gaat

Onze seksfrequentie is de maat geworden voor wel of geen goed seksleven. We moeten het zoveel keer per week doen, horen we een stemmetje in ons hoofd zeggen, anders is het ‘foute boel’. Maar er zijn natuurlijk zo veel meer kanten aan seks.

“Mijn man en ik zijn negen jaar getrouwd. We hebben een prima seksleven. We hebben een zeer intens en bevredigend seksleven, maar we doen het niet erg frequent. Twee of drie keer per maand. Als ik om me heen vraag en als ik de bladen lees, zie ik dat dit weinig is. Ik voel me abnormaal. Kan jij me vertellen wat de gemiddelde hoeveelheid seks is dat een normaal paar heeft?”

Deze vraag kreeg een seksuologe die ik een keer interviewde. Ze was met stomheid geslagen. Zijn seksuele dictaten zo diep in ons leven doorgedrongen dat zelfs deze vrouw met een zo te horen prima seksleven begon te twijfelen aan dat van haar? “Het is dé vraag die ik steeds krijg,” vertelde deze seksuologe. “Hoe doen de anderen het? Zijn we normaal?” Het verschil tussen seksualiteit in de media en individuele seksualiteit is kennelijk zo door elkaar heen gaan lopen dat iedereen in de war is.
Ik vroeg het aan een vriendin, van 27, die haar vriend nu 4 jaar kent en nog geen kinderen heeft. Hoe vaak doen jullie het? “Een paar keer per maand,” zegt ze. “En naar volle tevredenheid. Mijn vriend zegt dat hij wel vaker wil, maar echt initiatief nemen doet hij niet. Ik denk eigenlijk dat hij denkt dat het vaker moet, maar dat hij het stiekem ook wel goed vindt zo. Een keer per week is toch prima?”

Dit streven naar een frequentie die ‘normaal’ is, moet haast wel redelijk recent zijn. In het verleden was praten over seks natuurlijk taboe – laat staan erover publiceren. Toen wisten we niet hoe vaak de ander het deed. Doordat we erover zijn gaan praten en publiceren, is er een soort norm gekomen van zoveel keer per week (voor alle leeftijdsfases weer een andere norm). Die informatie verwart onze gevoelens. Want het gaat natuurlijk niet over de frequentie, of nauwelijks. Het gaat erom dat je elkaar weet te vinden. Seksualiteit is een dialoog: het beweegt, is vol verrassingen en het onverwachte. Het is hormonaal en emotioneel.

Als je in de ‘het-moet-maar- weer-eens-want-het-is-drie-weken-geleden’-stand raakt, wordt het een verplichting. Waar overigens ook niet veel mis mee is. “Dit betekent niet dat er geen plezier of orgasme zal plaatsvinden,” zegt de seksuologe. “Maar het is iets anders dan de wens om de liefde te bedrijven. Het wordt dan meer iets om de ander van de seksuele spanning te verlossen, waarbij jij een masturbatie object wordt. Er is geen samensmelting.”

Er zijn veel vrouwen die bang zijn dat als ze het niet vaak doen, er is iets mis is met de liefde tussen haar en haar man. “Als ze seks hebben, wordt de vrouw bevestigd in haar liefde.”
Een andere vriend, van 46 met twee kleine kinderen zegt het zo: “Ik heb een heel drukke baan en twee kleine kinderen, mijn libido wordt door zoveel dingen in de weg gestaan. Het maakt me niet uit hoe vaak we het doen, maar als we het te lang niet doen, wordt mijn vrouw nerveus, dan is ze bang dat ik niet meer van haar houd of zelfs een minnares heb. Ik dwing mezelf dus een paar keer per maand om er even tijd voor te maken, nou ja, een beetje, zodat ze niet meer van die gedachten heeft.”
Een vriendin van 43 bevestigt dit. Sinds anderhalf jaar heeft zij weer een relatie. Ze is zo bang om haar man krijt te raken dat ze zorgt dat ze wekelijks de norm haalt. “Zodat hij bij me blijft.”

Natuurlijk spelen ervaringen uit het verleden mee, recente relaties en oude trauma’s, maar feit blijft dat het bijhouden van de frequentie ons seksleven is binnen geslopen. En dat is irritant.
Gelukkig kan je er overheen groeien, ontdekte ik toen ik bij een wat ouder stel te rade ging. Een vriendin van 56 zegt het juist weer zo (schaterlachend): “Ons tempo ligt erg laag, ik geloof niet dat wij de norm halen. maar ik ben daar helemaal niet mee bezig, of we wel genoeg penetreren. Dat wordt allemaal minder belangrijk. We hebben veel fysiek contact, liggen in elkaars armen, slapen lepeltje-lepeltje, dat lijkt me allemaal belangrijker dan een lijstje bijhouden van de maandelijkse penetratie-ejaculaitesessie!” Toch zegt ook zij: “Vrijen zelf is wel heel belangrijk. Het versterkt onze liefde en het plezier dat we in elkaar hebben. Praten over verlangens en fantasieën ben ik nooit zo goed in geweest, maar als we het lang niet doen, mis ik wel een verbondenheid. Alleen vind ik frequentie volstrekt oninteressant. Het is een organisch iets dat je niet kunt forceren. Je houdt toch ook niet bij hoe vaak je per week gedachten hebt?”

 

Gerelateerde artikelen

Back to top button