Less is more! Leven met minder, kan dat? (En hoe dan?)

Een tijdje geleden ben ik verhuisd. En op zo’n moment kom je er pas achter hoeveel spullen je eigenlijk hebt. Hoeveel overbodige spullen vooral. Want, als je eerlijk bent, gebruik je dan alles wat je hebt? Ik durf te wedden van niet. Toch willen we altijd maar meer, groter, beter. De vraag is echter: wordt ons leven daar ook meer, groter, beter van?

Lees ook: Levensles: de parabel van de twee wolven

In de huidige maatschappij streven we een soort constante schaalvergroting van ons eigen leven na. We beginnen meestal klein, op een lekkende, tochtige studentenkamer zonder geld, maar met een groot doel voor ogen: een mooi huis, mooie spullen en een mooie baan. Die villa met hottub in de tuin en dikke auto voor de deur, een kast vol kleding en schoenen en de nieuwste gadgets op de koffietafel. We dromen er bijna allemaal van. Omdat we denken dat dat ons gelukkig maakt. Een misvatting, want uit studies blijkt juist dat hoe meer we hebben, hoe ongelukkiger we worden.

Ik doe het zelf ook, dromen over Louis Vuitton tassen en een huis met een infinity pool. En als ik de stad in geweest ben en iets nieuws gekocht heb, voel ik inderdaad even die geluksrush als ik met de buit naar huis ga. Heerlijk, zo’n leuk nieuw jurkje in de kast kunnen hangen. Maar ja, dan hangt ’t daar. Tussen al die andere leuke jurkjes. Waarvan ik de helft eigenlijk vergeet en dus nooit aan heb. En stel nou, dat ik ineens een grote klapper maak en straks in mijn infinity pool drijf, met op de rand van dat zwembad drie iPhones en vijf MacBooks, ben ik dan gelukkiger dan nu? Ja? Maar waarom dan? Eigenlijk weet ik dat zelf ook niet.

Wat we ons niet realiseren is dat alle spullen die we in ons leven verzamelen, dat leven langzaam gaan dicteren. Want veel hebben, betekent meestal ook veel onderhouden. Op verschillende fronten. Heb je een groot huis, dan moet je zorgen dat het schoon en in goede staat blijft. Heb je een high profile baan, dan ben je constant aan het werk. En liggen jouw kasten vol met de nieuwste gadgets? Dan kosten die zoveel tijd dat je de mensen en de omgeving om je heen niet zelden vergeet. Jij bent niet langer de regisseur over je leven, dat zijn je spullen.

Daarnaast hebben verschillende studies aangetoond dat onze enorme consumptie op allerlei gebieden de planeet om zeep helpt. De temperatuur stijgt, net zoals de zeespiegel en de wereldwijde afvalberg. Wat er echter niet stijgt, is onze geluksmeter. Sterker nog, gebleken is dat het hebben van onnodig veel spullen zelfs leidt tot afwijkend en anti-sociaal gedrag. Iets om alles behalve gelukkig van te worden. Tijd dus om schoon schip te maken.

Ik besloot tijdens mijn verhuizing rigoureus te zijn, want bij het zien van alle dozen met spullen waarvan ik eigenlijk niet eens meer wist wat het was, waarom ik het had en vooral, wat ik ermee moest, kreeg ik inderdaad bijna een depressie. Daarom heb ik een container besteld en gewoon , zonder te kijken, bijna al die dozen daarin geflikkerd. Dáág spullen! En ik moet zeggen, nu, een half jaar later, mis ik helemaal niks. Ik weet nog steeds niet wat ik allemaal heb weg gegooid, maar blijkbaar had ik het niet nodig. Wat nódig, dat heb je maar heel weinig.

Ik heb nu geen zolder meer met allemaal dozen met vergeten spullen. Ik heb twee plankjes in mijn kast met kleding en dat is het. Ik heb zelfs één van mijn twee banen opgezegd, omdat ik eentje eigenlijk wel genoeg vond. En echt, het geeft rust en ruimte. Om ’s avonds op de bank zitten zonder constant op je telefoon te hoeven kijken. Om ’s ochtends geen kledingcrisis te hebben. Lekker overzichtelijk, lekker simpel. Daar word ik nou gelukkig van. Want less, dat is vaak gewoon echt more.

Lees ook: Dit zijn de dingen die introverte mensen herkennen