Hoe je moet vragen om wat je wilt (zodat je het ook krijgt)

Hoe verliefd je in het begin ook op je partner was, heb je eenmaal een tijdje een relatie, dan sluipen de irritaties er onvermijdelijk in. Hoe langer een relatie duurt, hoe meer stellen zich lijken te gaan focussen op wat er allemaal niet goed gaat en wat ze missen bij de ander.

We kunnen allemaal feilloos de slechte kanten van onze wederhelft opnoemen en alles wat we eigenlijk liever niet willen in de relatie. Vraag je mensen wat ze wat ze dan precies allemaal wél willen, dan blijft het echter angstvallig stil. Want klagen is nou eenmaal makkelijker dan in je eigen hart en ziel kijken om erachter te komen wat je nou precies verlangt. Maar ook een stuk oneerlijker.

Wie kent ze niet, die avonden dat je allebei met boze koppen tegenover elkaar op de bank zit, vastgedraaid in een discussie die jullie allebei naarstig proberen te winnen, maar die in praktijk alleen maar verliezers oplevert? “Jij luistert nooit naar mij!”, of “Denk je dan echt alleen maar aan jezelf?!” De verontwaardigde grieven vliegen over en weer en je komt allebei steeds maar hoger op die kast te zitten, totdat je op een gegeven moment gewoon niet meer weet hoe je weer naar beneden moet komen. Boosheid is namelijk een makkelijke emotie. Het geeft je (in ieder geval tijdelijk) adrenaline en je hoeft je niet kwetsbaar op te stellen. En dat is nou juist de heilige graal, als het gaat om krijgen wat je hebben wilt.

Helaas zijn we als mensen intrinsiek geneigd om onze schilden op te trekken op het moment dat we in een relatie tegen een meningsverschil of een probleem aanlopen. We schieten direct in de verdediging op het moment dat we dat harnas hebben aangetrokken en beginnen vervolgens bruut met onze lans om ons heen te slaan. Waarbij we het doel van de strijd totaal uit het oog verliezen: iets oplossen en elkaar liefhebben. Nee, we willen alleen nog maar ons gelijk halen. En dan kan het weliswaar zo zijn dat we het gevecht van dat moment winnen. Maar de oorlog, die verliezen we.

Echte victorie behaal je echter alleen maar door simpelweg te zeggen wat je wilt. Dus niet te schreeuwen, te eisen, of te beschuldigen. Nee, het gewoon te zéggen. En ja, daarvoor moet je je kwetsbaar opstellen. Dat is moeilijk, want je voelt je toch veiliger in dat harnas, maar quel surprise: het praat toch makkelijker als iemand zijn masker afzet. Wie zichzelf eerlijk durft te laten zien, heeft meer kans om openheid en welwillendheid terug te krijgen. Hoe vraag je nu constructief om wat je wilt? Dat kan op een aantal manier:

  1. Ontwapen jezelf. Bevind je jezelf in een verhitte discussie? Maak even pas op de plaats en trek je terug in jezelf. Tel tot 10 en bedwing de neiging om terug te slaan na een onterechte of onaardige opmerking. Haal diep adem en zeg: “Ik vind het belangrijker dat we ons goed voelen bij elkaar dan dat we nu ons gelijk proberen te halen.” De kans is groot dat de ander vervolgens inbindt. Het heeft nou eenmaal weinig zin om in je eentje te gaan zitten fulmineren en bovendien laat je hiermee zien dat de relatie met je partner voor jou belangrijker is dan een stomme ruzie.
  2. Wees kwetsbaar. Veel mensen vinden het moeilijk om hardop uit te spreken wat ze nou eigenlijk willen, of dat überhaupt maar aan zichzelf toe te geven. Heb je dan uiteindelijk toch de moed verzameld om kenbaar te maken wat je verlangt, doe dat dan vanuit jezelf en vooral niet beschuldigend. Dus niet: “Ik heb recht op…”, maar “Ik zou graag willen dat…” Wat je wilt hoeft ook niet altijd persé realistisch te zijn. Want is het logisch dat jij verdrietig bent omdat je partner thuis is gekomen met de verkeerde kleur handdoeken? Nee. Maar als je aangeeft het gevoel te willen hebben dat je altijd geliefd bent en geaccepteerd wordt, ook als je soms raar doet, dan is dat een eerlijk en kwetsbaar verzoek waar je partner waarschijnlijk ontroerd door zal raken en rekening mee zal willen houden.
  3. Wees geen slachtoffer. Niks irritanter dan een geslagen hond in huis hebben. Zo iemand die vindt dat alles en iedereen altijd maar tegen hem/haar is. Daar schiet je toch gelijk van in de relmodus? Trap dus niet in die valkuil en stel je niet op alsof het leed van heel de wereld op jouw schouders rust. Dat jouw partner niet kan ruiken wat jij nodig hebt, is niet zijn/haar fout. Je bent tenslotte geen klein kind, dus niet piepen en schouders eronder. Die mond heb je tenslotte gekregen om mee te praten.
  4. Ga niet beschuldigen. Een half uur lang een monoloog houden over de waslijst aan slechte eigenschappen van je wederhelft is nooit een goed idee. Daar kweek je, op z’n zachtst gezegd, geen sympathie mee. Natuurlijk, hij/zij zal ongetwijfeld een hele rits fouten hebben, maar houd je beschuldigende vingertje vooral bij je. Bedenk: als JIJ iets wilt, moet je dus duidelijk maken wat JIJ voelt. Niet wat de ander doet. Zeg niet: “Je luistert nooit naar me”, maar wel “Ik wil graag het gevoel hebben dat ik gehoord word.” iemand zal sneller geneigd zijn z’n best voor je te willen doen als hij niet net spreekwoordelijk in elkaar gemept is.

Kortom: make love, not war. Want echt, in de loopgraven heeft nog nooit iemand het gouden ei gevonden.

Lees ook: Voeren jullie goede gesprekken? Dan word je samen oud

Gerelateerde artikelen

Back to top button