Waarom we niet zo goed zijn in ‘carpe diem’ (en hoe we dat wél worden)

Carpe diem. Pluk de dag! Een van de wijsheden van het leven, die ons aanspoort om de dag van vandaag ten volle te benutten en niets tot morgen uit te stellen. Maar hoe we de spreuk nu gebruiken, levert ‘ie eigenlijk enorm veel stress op. Een nieuwe zienswijze.

Ik zeg het maar eerlijk: ik kan niet tegen mijn verlies. Als kind al kwam er een blinde paniek op als ik dreigde te verliezen met een simpel spelletje Mens erger je niet. De angst om te verliezen woog vaak zwaarder dan het plezier van winnen of nog belangrijker: het spelletje zelf. Als volwassene kom ik alleen suffe spelletjes als Rummikub en Yahtzee ongeschonden door. Een vergelijkbare druk voel ik opkomen als ik mensen hoor strooien met de term carpe diem. Pluk de dag! Haal er alles uit!

Wat carpe diem met verliezen te maken heeft? Alles, blijkt uit het praatje dat filosoof Roman Krznaric hield op filosofiefestival Brainwash, eind oktober. Hij schreef een boek over de spreuk: Carpe diem. De geschiedenis van een culturele kaping. Zoals de titel al suggereert vindt hij dat de spreuk gekaapt is, door het consumentisme namelijk. Pluk de dag! Koop een nieuwe broek! Bestel de nieuwste telefoon! Mis deze kans niet! En je moet niet alleen alles kopen, maar ook alles doen. Een huis kopen en zelf verbouwen, je passie volgen en fulltime macrobiotisch champignonteler worden, in een Volkswagenbusje door de Sahara trekken en met je nomadenbestaan een miljoen volgers op Instagram vermaken. Met tafereeltjes die je in scene hebt gezet, dat dan weer wel. Want je leven is gewoon niet de hele tijd een perfect plaatje.

Carpe diem. Pluk de dag. Lekker spontaan kansen pakken. Omdat het kan. Er is alleen een probleempje. Mensen houden over het algemeen helemaal niet van spontaniteit, ze varen veel lekkerder bij voorspelbaarheid. Als er ‘nieuwe kansen’ voorbij komen denken we eigenlijk direct aan wat er mis kan gaan. Dat is menseigen, zegt Roman Krznaric. Er is een experiment gedaan waarin mensen werd gevraagd mee te doen aan een spelletjes. Er wordt een munt in de lucht gegooid, als die valt en kop ligt boven krijgen ze honderd euro, als munt boven ligt verliezen ze honderd euro. Terwijl de winkans vijftig procent is zullen de meeste mensen dit niet doen. De kans op verlies voelt te groot. Zelfs als we 150 euro krijgen als we winnen en 100 als we verliezen, doen we het meestal niet. Pas bij 200 euro winst tegenover 100 euro verlies doen de meeste mensen het.

De conclusie? De pijn die we ervaren als we verliezen voelt dubbel zo zwaar als het plezier bij winnen. We haten verliezen dus twee keer zoveel dan we het leuk vinden om te winnen. Dus, wat heeft dit met carpe diem te maken? Stel je krijgt een kans om alles om te gooien. Zeg: een nieuwe baan, in een nieuwe stad. Dan zal je eerder geneigd zijn te gaan piekeren over wat er allemaal mis kan gaan, dan dat je je gaat verheugen op de goede ervaring die het zal zijn. De angst om te verliezen houdt veel mensen tegen om risico’s te nemen, ook al hebben ze evenveel te winnen. Al was het maar de ervaring zelf.

Maar moeten we dan onze angst opzij schuiven en inderdaad alles aanpakken? Nee, dat hoeft niet. Wat we zouden moeten doen, zegt Roman Krznaric, is vaker over de dood nadenken. Specifieker: die van jezelf. Elke dag, een paar minuutjes. Klinkt nogal ongezellig he? En toch is het goed. Hij heeft zelf een poster aan zijn muur hangen met honderden vakjes die staan voor de weken die hij nog te leven heeft. Iedere week kruist hij een vakje af. Best confronterend ja. Maar het maakt wel dat hij bewuster leeft, omdat hij weet dat dat leven eindig is. Als je geen feeling hebt met de dood, dan heb je eigenlijk ook geen besef van leven. Van de vrijheid die je hebt, van de dagen die je kunt plukken.

Laten we een gedachtenexperimentje doen, zegt Roman Krznaric. Stel, je bent dood en ter ere van je leven wordt er een diner georganiseerd. De andere gasten zijn allerlei verschillende versies van jezelf, personen die jij had kunnen worden als je andere keuzes had gemaakt. De jij die je finance job aan de wilgen hing en een kattencafé opende. De jij die vocht voor je huwelijk, in plaats van je eigen pad te gaan. De jij die een oude vriendschap liet verwateren. De jij die bijna stierf in een auto-ongeluk en je leven drastisch omgooide daarna. De jij die alcoholist werd. Kijk om je heen, naar al die alternatieve jij’s. Op sommigen zul je jaloers zijn, bij anderen zul je de rillingen krijgen. Zijn er versies van jezelf met wie je wel even zou willen babbelen? Wie jij wel zou willen zijn?

Bij dit gedachtenexperiment kun je je leven in perspectief zien. In realistisch perspectief. Want geen enkele versie van jezelf daar in die kamer heeft een leven geleid dat niet bij jou past. Het zijn allemaal mogelijke versies van jou, een uitvergroting van jouw talenten en krachten en van jouw valkuilen. Een gesprekje met diegene die de keuzes heeft gemaakt die jij betekenisvol vindt, helpt je te weten welke richting je ook alweer uit moet gaan.

Dat is carpe diem. Niet zomaar alle kansen die langskomen grijpen, maar wel de betekenisvolle. De juiste keuzes maken is niet makkelijk, geeft Roman Krznaric aan. Maar zie het als ruimte waarin jij de kans krijgt om het script van jouw leven te herschrijven. Zo kun jij telkens weer bepalen wie jij bent.

Lees ook: 10 HEERLIJKE levenswijsheden die we maar al te vaak vergeten

(Beeld: iStock)

Gerelateerde artikelen

Back to top button