De moeder van Mariëlle is al jaren ziek: “Als ik er ben, ren ik me rot.”

Haar moeder is hartstikke ziek en haar vader kan niet in zijn eentje voor zijn vrouw zorgen. Mariëlle doet wat ze kan, rijdt honderden kilometers per week en heeft ondertussen ook nog een fulltime baan.
“Mijn moeder heeft de ziekte van Parkinson. Al best lang, zo’n jaar of vijftien. In het begin ging het allemaal wel, maar de laatste tijd gaat ze behoorlijk achteruit. Lopen achter haar rollator gaat eigenlijk niet meer; ze kukelt nogal eens om. Laatst liet mijn vader haar even alleen – toen is ze heel naar gevallen. Gelukkig kwam er onverwacht iemand op bezoek, anders was ze misschien wel doodgebloed. Sindsdien durft mijn vader haar niet meer alleen te laten, wat de zorg voor hem heel zwaar maakt.

Ik probeer pa te helpen waar ik kan, maar eerlijk gezegd vind ik dat een behoorlijk zware opgave. Mijn moeder was altijd al een pittige tante, maar door Parkinson kunnen mensen erg veranderen. Egoïstischer worden. Dat is bij mijn moeder ook zo. Als ik binnenkom begint ze meteen te mopperen waar ik al die tijd toch bleef. Waarom ik er niet vaker ben. Dat ze nooit blij is om me te zien, maakt het best zwaar. Voor mijn vader vind ik het ook zo zielig, tegen hem is ze ook almaar aan het katten.

Ik probeer minimaal eens per week naar mijn ouders te gaan. Ik vind gewoon dat ik dat moet doen. Ik kan ze toch niet laten zitten? Ik ben enig kind, waardoor ik niet met broers of zussen kan overleggen, eens lekker kan klagen of de zorg delen. Ik heb geen gezin, wel een prille liefde die ik hier niet te veel mee wil belasten. Ik weet eerlijk gezegd ook niet hoe ik een gezin zou moeten handelen, met al deze taken erbij. De huisarts, fysio- en ergotherapeut zijn allemaal zeer betrokken, maar die gooien geen was in de machine en halen ook geen zware tas vol gezond eten.

Mijn moeder deed altijd alles, waardoor mijn vader niet zo handig is in het huishouden. Als ik er ben, ren ik me rot: van de was naar de boodschappen, het huishouden en weer terug. Om mezelf te beschermen zeg ik van te voren altijd tegen mijn ouders hoe lang ik blijf, zodat ze me niet te lang kunnen claimen. Ik ga ook niet meer op zondag. Ik heb af en toe een dag voor mezelf nodig, anders hou ik dit niet vol.

De dag dat het niet meer gaat en mijn moeder naar een verzorgingshuis moet, komt steeds dichterbij. Dat wil ze ab-so-luut niet. ‘Geef me dan maar een spuitje,’ zegt ze. Mijn vader wil het ook niet. Nog niet. Hij ziet het als zijn taak zo lang mogelijk voor haar te blijven zorgen. Laatst zou hij een paar dagen tussenuit, toen er op mijn werk onverwacht een internationale salesmeeting werd gehouden. Ik kon niet met droge ogen zeggen dat ik naar mijn moeder moest. Dat slikt mijn baas niet. Dus bleef mijn vader thuis, terwijl hij die kleine vakantie met vrienden zo hard nodig had.

Via de zorgverzekering van mijn ouders, VGZ, hoorde ik dat er mantelzorgmakelaars zijn; mensen die weten welke afslagen je kunt nemen, op wie we een beroep kunnen doen en die kunnen vertellen hoe we het moeten regelen als mijn moeder niet meer thuis kan wonen. Misschien is thuiszorg ook wel een optie, die hebben we nu nog niet. Ik hoorde dat zo’n makelaar ook een soort van oppas kan regelen voor als mijn vader of ik niet bij mijn moeder kunnen zijn. Dat zou heel fijn zijn. Ik wilde dit eerst met mijn vader bespreken, hij moet zo iemand wel toe willen laten. Gelukkig staat hij er open voor. Binnenkort ga ik die mantelzorgmakelaar bellen. Ik hoop dat hij wat steun kan geven. Dat kan ik wel gebruiken.”

 

logo-cooperatie-vgz_850x850

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door zorgverzekeraar VGZ, maar de inhoud is van onszelf.
Mantelzorg kan zwaar zijn. Ben je mantelzorger en kan je wel wat ondersteuning gebruiken? Een zorgadviseur kan helpen: zij beantwoordt vragen, ondersteunt bij regelwerk en begeleidt waar nodig. Kijk voor meer informatie op Vgz.nl/zorgadvies.

De komende tijd zul je hier nog meer stukken lezen in samenwerking met VGZ.

 

Lees hier alles over ons advertentiebeleid.

Gerelateerde artikelen

Back to top button