“Wat een leuke jurk!”, “Dit ouwe vod…?” Waarom we niet tegen complimentjes kunnen

Laatst kwam ik op kantoor en toen zei mijn collega Barbara tegen mij: “Wat zie je er leuk uit in dat jurkje!” Mijn reactie? “Ja, nou, ik pas gewoon niet meer in mijn broeken.” En het is waar, ik ben ruim vijf maanden zwanger en pas inderdaad niet meer in mijn broeken. Maar, ik had ook gewoon kunnen zeggen: “Dankjewel!” Het was namelijk een welgemeend compliment en geen verkapte manier om te benadrukken hoe dik ik was geworden. Maar een lofzang accepteren, dat is, zeker voor vrouwen, nogal een opgave.

Lees ook: Waarom iets goed doen alleen kan met rust in je hoofd

Iedereen wil gewaardeerd worden. Horen dat ‘ie goed is, er leuk uitziet, aardig is. Maar als dat dan daadwerkelijk tegen ons gezegd wordt, gaan we het bagatelliseren. Complimenten krijgen vinden we niet zelden ongemakkelijk. We weten ons geen houding te geven tegenover degene die ons prijst, worden rood, of proberen het compliment te downsizen door te zeggen dat die leuke broek een ouwetje is dat je nog ergens achterin de kast vond. Of dat dat scherp geschreven rapport een toevalstreffer is en dat het de volgende keer waarschijnlijk bagger wordt. Alles liever dan onze kont naar achteren steken en die veer gewoon naar binnen laten drukken.

Complimenten krijgen (en geven ook trouwens) is niet makkelijk. Dat blijkt uit verschillende studies die ernaar gedaan zijn. De Amerikaanse onderzoeker Alfie Kohn benadrukte als eerste dat het terrein van de complimenten glad ijs is. Mensen zijn bijna intrinsiek geneigd om alle lof die ze krijgen naar het negatieve af te buigen. We zijn meteen bang om door de mand te vallen, want stel je voor dat onze volgende prestatie niet zo goed is? Of dat we morgen wél als een baal vodden uit bed rollen? Alsof dat compliment dan opeens niks meer waard is, of de gever ervan ernstig teleurgesteld. En ook complimenten uitdelen is niet eenvoudig. De kans is namelijk redelijk aanwezig dat iemand jouw goedbedoelde opmerking verkeerd opvat. Dat ze eigenlijk altijd coupe ramp heeft, als je een keer de opmerking maakt dat haar haar zo leuk zit bijvoorbeeld. Of dat zijn werk meestal niet om over naar huis te schrijven is, als je eens een keer een waarderende opmerking maakt over een goed afgeleverde opdracht. En daar sta je dan met je goede bedoelingen en een vijand voor het leven.

Waarom kunnen we zo slecht tegen complimenten? De meeste mensen hebben last van een zogenaamde ‘fixed mindset’. We hebben een bepaald beeld van onszelf in ons hoofd (meestal een slechter beeld dan de werkelijkheid) en zijn daardoor van mening dat we eigenijk gewoon niet beter/slimmer/mooier kunnen worden dan we zijn. Iemand die vervolgens beweert van wel vinden we dus al snel ongeloofwaardig, of zelfs schijnheilig. Daarnaast hebben complimenten soms zelfs een averechts effect. Uit onderzoek blijkt namelijk dat mensen beter presteren na het krijgen van kritische feedback, dan na een regen complimenten. Kinderen met leerproblemen bijvoorbeeld, zijn niet gebaat bij een stimulerende lofzang van hun leerkracht. Ze voelen zich namelijk niet serieus genomen als hun docent hysterisch staat te juichen bij een mager zesje, want ze weten natuurlijk zelf ook wel dat dat geen topprestatie is. Daarnaast loop je het risico dat iemand na het krijgen van een compliment vervolgens het gevoel heeft voortaan altíjd op die manier te moeten presteren, omdat hij anders faalt. Gevolg: het compliment tilt iemand niet omhoog, maar trekt hem juist naar beneden. Beetje jammer.

En dan is er nog het vrouwenissue. Want die kerels, die kunnen elkaar veel makkelijker op de schouders slaan dan wij. Biertje, complimentje en de mannen hebben weer een leuke avond. Vrouwen worden namelijk van oudsher niet geacht boven de massa uit te stijgen, terwijl de beste zijn voor mannen een teken is van autoriteit en leiderschap. De man wentelt zich in zijn eigen succes, terwijl de vrouw hardnekkig probeert zo gemiddeld (of liever nog: ietsje minder) mogelijk te zijn. Jammer, want een beetje lof op z’n tijd is best wel lekker. Een gewoon verdiend, als je iets goeds hebt gedaan, of een exceptioneel goede haardag hebt. Daar mag dan best iets van gezegd worden. Dat werkt motiverend, iedereen wil tenslotte gezien worden. Slik je bagatelliserende opmerking voortaan dus toch maar in als je collega iets zegt over dat leuke rokje dat je aan hebt. En ga je met je hoofd omhoog naar huis na een schouderklopje van je baas. Je hoeft er niet gelijk van naast je schoenen te gaan lopen, maar af en toe een beetje zelfverheerlijking kan echt geen kwaad. En als je eenmaal weet hoe fijn dat voelt, maak iemand anders dan ook eens blij met een welgemeend compliment. Want wie goed doet, goed ontmoet. En zo hebben we dan allemaal een leuke dag.

Lees ook: Benieuwd hoe je nu ECHT een slechte gewoonte doorbreekt?

(Bron: The Washington Post / Newstart.nl)

Gerelateerde artikelen

Back to top button